Als werkgever ben je verplicht om mee te werken aan een loonbeslag. In de basis gaat het als volgt:
Het beslag begint voor de werkgever meestal bij de ontvangst van het deurwaardersexploot. Hierin staat wie de schuldeiser is, de reden van de schuld en het bedrag van de schuld. In het exploot wordt de werkgever gesommeerd om mee te werken aan het loonbeslag.
Daarna moet de werkgever een vragenlijst invullen. Hierin staat onder meer de vraag hoeveel het loon van de werknemer bedraagt. De vragenlijst moeten binnen vier weken worden terug gestuurd. Gebeurt dat niet, dan loop je als werkgever het risico dat je zelf wordt aangesproken voor de schuld.
Berekening omvang loonbeslag
Aan de hand van de ingevulde vragenlijst berekent de deurwaarder hoeveel de werkgever van het loon moet afdragen: de omvang van het loonbeslag. Er geldt altijd een beslagvrije voet. Dat is het deel van het inkomen dat de werknemer zelf nog uitbetaald moet krijgen. Hiermee kan de werknemer zijn vaste lasten blijven betalen.
Loonbeslag door de fiscus
Makkelijker is het wanneer de Belastingdienst loonbeslag legt. Voor de werkgever komen hier nauwelijks formaliteiten aan te pas. De Ontvanger der Rijksbelastingen stuurt de werkgever een mededeling waarin hij betaling van (een deel van) het loon aan hem vordert. De werkgever is dan verplicht het loon van de desbetreffende werknemer aan de Ontvanger over te maken.
Omdat er, in tegenstelling tot het loonbeslag door anderen dan de fiscus, nauwelijks formaliteiten aan het leggen van het beslag zijn verbonden, wordt deze manier van loonbeslag wel het vereenvoudigd derdenbeslag genoemd.
Wat als er meer schuldeisers zijn?
Als er meerdere schuldeisers aanspraak maken op het loon van de werknemer, krijg je te maken met een coördinerend
deurwaarder (CDW). De CDW informeert de werkgever dat hij of zij voortaan het enige aanspreekpunt is voor als wat te maken heeft met het beslag.
Niet meewerken aan loonbeslag is voor eigen risico
Betaalt de werkgever ondanks het beslag toch het loon uit aan de werknemer, dan wordt deze betaling als niet gedaan beschouwd. Met andere woorden: de schuldeiser kan bij de werkgever nog steeds aanspraak maken op die bedragen.
De werkgever moet de betaalde bedragen zelf op de werknemer zien te verhalen.